KLEUR

Als we in keramiek kleur gaan gebruiken zal dit steeds met body stains (onderglazuur) of metaaloxides gebeuren. Deze poeders kunnen zowel toegevoegd worden aan klei, gietklei, engobes, als in een glazuur. Ook kunnen ze in hun zuivere vorm, aangelengd met water op klei aangebracht worden op een gebakken kleischerf. Let wel: louter met water hechten zich meestal niet volledig. Het is nuttig om ze te mengen met wat borax, waterglas of arabische gom.

BODY STAINS versus OXIDES

Een body stain of onderglazuur in poedervorm is een grondstof die scheikundig aangemaakt wordt in de industrie. Ze zijn over het algemeen fel en helder van kleur, de meeste kleuren zijn verkrijgbaar in deze bodystains. Ze zijn minder giftig dan de metaaloxides. Bij het stoken, inkleuren of glazuren veranderen ze niet van kleur.
De onder glazuren zijn ook verkrijgbaar in vloeibare vorm (Amaco, Duncan). Deze zijn erg handig om kleur aan te brengen op reeds gebakken werk en onderling mengbaar. Wel zijn deze kleurpigmenten zeer duur in aankoop, wees er dus erg zuinig mee!

Een metaaloxide (of carbonaat) is een grondstof die vrij voorkomt in de natuur. Ze geven een uitgebreid gamma van natuurlijke tinten. Doordat ze uit de natuur gewonnen worden zijn ze niet al te duur, met uitzondering van kobaltoxide! De metaaloxides zijn erg giftig, let dus steeds goed op wanneer je er mee werkt (mondkapje en latex handschoenen zijn hier verplicht). Ook zijn ze erg onderhevig aan kleurveranderingen en tijdens het stoken.
De meest gebruikte kleurende oxides zijn: nikkeloxide NiO – zinkoxide ZnO – tinoxide SnO – chroomoxide CrO, koperoxide/kopercarbonaat CuO, kobaltoxide/kobaltcarbonaat CoO – mangaanoxide MnO – ijzeroxide (rood en zwart) FeO – rutiel

ENGOBE

SLIB + KLEUR = ENGOBE

Engobes behouden na het bakken een mat oppervlak. Het is dus een middel om een kleur aan te brengen op klei zonder gebruik te maken van een glazuur. Door de werkstukken hoger te stoken (1050°C -1250°C) na de ruwbak of biscuitbrand (950°C) kunnen de engobes nog sterk veranderen van kleur. Ook het eventuele glazuur dat na de ruwbak op het werkstuk aangebracht wordt, kan de uiteindelijke kleur beïnvloeden. Maak daarom steeds een test voor je je werkstuk gaat kleuren, zodat je zeker bent van het resultaat.
Er zijn verschillende mogelijkheden om engobes aan te brengen op klei:
met een penseel, spuiten, dompelen, spatten, sponzen, stempelen, overgieten, … Daarna kun je de engobes ook nog verder bewerken: polieren, tekenen, krassen, indrukken, uitsparen met was, …

Hoe maak je een engobe?
Voor het aanmaken van een engobe vertrekken we steeds van droge afgewogen kleipoeder of kleischerven. Hier gaan we procentueel kleur aan toevoegen in poedervorm, dit kunnen metaaloxiden of body stains (onder glazuur) zijn. Dit afwegen moet heel nauwkeurig gedaan worden. Na het afwegen van de droge grondstoffen wordt water toegevoegd tot de massa yoghurt dik is, om een homogene massa te verkrijgen moet je de engobe zeven (60 mesh). Ook nadat de engobe aangemaakt is, is het belangrijk hem regelmatig om te roeren, een engobe bezinkt snel. Draag steeds latex handschoenen en een stofmasker bij het uitvoeren van deze bewerkingen.
100% kleipoeder + …% kleurstof + water = engobe

RECEPTEN ENGOBES (zie stalenbord ovenruimte)

De uiteindelijke temperatuur waarop de engobes gestookt worden, kan de kleur nog sterk beïnvloeden.

Engobes met stains :
1- 20% P4130 Black —> zwart
2- 20% P4103 Flanders blue —> lichtblauw
3- 20% P4111 Persian turquoise —> lichtturquoise
4- 20% P4129 Sky blue —> turquoiseblauw
5- 20% P4132 Mazarine blue —> donkerblauw
6- 20% P4136 Victoria green —> lichtgroen
7- 20% P4137 Amulet green —> lichtgroen
8- 20% P4133 Red brouwn —> roestbruin
9- 20% P4184 Golden yellow —> geel
10- 20% P4135 Coral light —> roze/oudroze

Engobes met oxides :
0- 20% ZnO —> wit
11- 1,5% CoO —> licht blauw
12- 3% CoO —> donker blauw
13- 5% FeO (rood) —> oudroze/bruin
14- 10% FeO (rood) —> donker oudroze/bruin
15- 5% MnO —> beige
16- 5% CrO —> groen
17- 2% FeO (rood) +1,5% CoO —> grijs/blauw
18- 5% CuO + 1,5% CoO —> groen/blauw
19- 10% FeO (zwart) + 2% MnO + 1,5% CoO —> zwart
20- 5% FeO (zwart) + 2% MnO + 1,5% CoO —> grijs/donker grijs
21- 1,5% CoO + 4% rutiel + 1% CrO —> donker turquoise
22- 4% rutiel + 2% ZnO + 4% FeO (rood) —> beige

Een ruwbakengobe

Een engobe is eigenlijk een ingekleurde kleislib en wordt aangebracht op leerharde werkstukken. Als we dit willen aanbrengen op reeds gebakken werk, zullen we de basissamenstelling moeten veranderen om de engobe te laten hechten aan de scherf.

Hier volgt het meest eenvoudige basisrecept:

Kaolien 75% + Nepheline syenite 25%

Kaolien of chinaclay is een grondstof die voorkomt in de natuur. Het is de zuiverste vorm van porcelein, gekend om zijn zeer witte, transparante uitstraling. Kan zeer hoog gestookt worden.

Nepheline syenite behoort tot de familie van de veldspaten. Het is een gemengde samenstelling met zowel smeltmiddel als glasvormer. Zorgt er dus voor dat de engobe goed versmelt met de scherf.

De toevoegingen van oxides en body stains zijn dezelfde als voor de gewone engobes. Engobes op ruwbak kunnen op verschillende temperaturen gestookt worden, ook hier zal de kleur meestal intenser worden, naargelang je hoger stookt. Bij lage temperaturen zien ze er vaak poederig en kalkachtig uit. Eventueel kun je het werkstuk nog glazuren. Weet dan dat het glazuur de uiteindelijke kleur van de engobe kan beïnvloeden.

EEN SINTERENGOBE heeft echter nog een complexere samenstelling. Er treedt een versintering of verglazing op. Het lijkt alsof er een dun laagje matte glazuur opligt, soms met spikkels of zandachtige textuur.

Hier volgen enkele recepten:

Base slip Clarke : Kaolien 40% + Kwarts 35% + Calcium boraat frit 25%
Textured slip : Ball clay 35% + Kaolien 17% + Kwarts 17% + Calcium boraat frit 18% + Zircoon silicaat 4,5% + Bentoniet 7%
Lawton slip : Ball clay (bv. Hyplas 71) 20% + Kaolien 20% + Kwarts 30% + Nepheline syenite 25% + Borax 5% + Bentoniet 2%
Sinter engobe : Westerwald (bv. WF 399) 35% + Kaolien 35% + Calcium boraat frit 30%
EKWC tot 1140°C : Kaolien 23% + Kwarts 22 % + Nepheline syenite 32% + Krijt 15% + Lithium carbonaat (of calcium boraat frit) 5% + Zink oxide 3%
EKWC tot 1250°C : Kaolien 20% + Kwarts 4% + Nepheline syenite 36% + Krijt 20% + Lithium carbonaat (of calcium boraat frit) 5% + Molochite 200 15%

OXIDES als kleurstoffen

FeO (Fe2O3) = ijzeroxIde : zwart, rood, geel en paars

1 – 10 %: roze tot bruin

MnO (MnO2) = mangaanoxide

2 – 10 %: grijs-beige tot bruin

CuO (CuO) = koperoxide

2 – 8 %: groen

Alternatief voor lichtere tinten: CuCO3 = kopercarbonaat

CoO (Co3O4) = cobaltoxide

1 – 10 %: lictblauw tot donkerblauw

Alternatief voor lichtere tinten: CoCO3 = cobaltcarbonaat

CrO (Cr2O3) = choomoxide

2 – 15 %: lichtgroen tot donkergroen

ZnO (ZnO2) = zinkoxide

10 – 20 %: wit

Aanpassen van een glazuur

Neem bijvoorbeeld het glazuur P 2039 (1150°C).
Als we een glanzend glazuur willen dekkend, witter of mat maken, kunnen volgende oxides en grondstoffen worden toegevoegd tot 50%.
SnO (SnO2) tinoxide —> wit
ZrO (ZrO2) zirkoonoxide —> wit
ZnO (ZnO) zinkoxide —> satijn
Kaolien —> mat